Paul Verheijen

GIOTTO

Register A in de Scrovegnikapel Padua (02-14)
Apocriefe scènes vóór Jezus' geboorte en Annunciatie

Aangezien de kapel gewijd was aan Maria en bijbelse gegevens over haar zeer schaars zijn, nam Giotto (of zijn opdrachtgever Scrovegni) zijn toevlucht tot apocriefe literatuur.
Voor de scènes 02-13 sluit Giotto aan op de eerste acht hoofdstukken van het zogenaamde Kindheidsevangelie met de naam Evangelie van Pseudo-Matteüs, gecombineerd met het hoofdstuk De Nativitate Beatae Mariae Virginis uit de Legenda Aurea, Maria Geboorte (8 september).

02 - Joachim verdreven uit de tempel

Het huwelijk van Joachim en Anna is na twintig jaar nog steeds kinderloos.
Op het feest van de tempelwijding gaat Joachim eens met een stamgenoot naar Jeruzalem om daar voor het altaar een offer te brengen.
Met een toornige blik ontzegt een priester de bejaarde Joachim echter de toegang tot de tempel omdat hij Joachims kinderloosheid ziet als een straf van God.
Bedroefd wordt Joachim met het lam dat hij niet heeft kunnen offeren door de priester bij zijn gewaad vastgepakt en naar buiten gewerkt.
Zijn stamgenoot mag wel binnen blijven en wordt door een andere priester gezegend.
Giotto heeft de tempel opengewerkt, zodat we goed naar binnen kunnen kijken alsof het gebouw een opengewerkte doos is.
Deze methode zal hij in de volgende fresco's geregeld bij gebouwen toepassen.

03 - Joachim bij de herders

Moedeloos trekt Joachim zich terug bij de schaapherders in de woestijn.
Alleen de hond begroet hem vrolijk, terwijl de herders betekenisvolle blikken met elkaar uitwisselen.
Het gestileerde landschap dat Giotto tot de essentie heeft gereduceerd, suggereert de barre omgeving waar Joachim in terechtkomt.

04 - Annunciatie aan Anna

Terwijl Joachims vrouw Anna thuis geknield bidt, verschijnt haar een engel die aankondigt dat ze zwanger zal worden.
Voor de deur van het huis zit Judith, een dienstmeisje, te spinnen.
Ook hier laat Giotto het huis open.

05 - Offer van Joachim

Nog steeds in de woestijn knielt Joachim voor het offer dat hij brengt.
Een engel aan de rechterzijde en Gods zegenende hand helemaal bovenaan geven te kennen dat zijn offer nu wel aanvaard wordt.
Dit blijkt ook uit de gebedshouding van de herder die het gebeuren bijwoont.

06 - Droom van Joachim

Terwijl Joachim zittend slaapt voor de schaapsstal verschijnt hem een engel die hem de zwangerschap van zijn vrouw aankondigt.
Ook hier zijn herders getuigen van het tafereel.

07 - Ontmoeting tussen Joachim en Anna

Joachim is teruggekeerd naar Jeruzalem, en wordt voor de Gouden Poort begroet door Anna die haar man tegemoet is getreden.
De ontmoeting vindt plaats op de brug, symbool voor de overgang naar hun nieuwe leven samen.
Het gaat duidelijk om een bejaard koppel en hun tedere kus suggereert de liefde waaruit het kind zal geboren worden ondanks hun hoge leeftijd.
We zien een treffend beeld van blijde ontroering en tederheid: de lichamen neigen naar elkaar toe, en hun gezichten versmelten in elkaar.
Het gezelschap van Anna rechts komt in de vreugde delen.
Taddeo Gaddi, leerling van Giotto, schilderde hetzelfde tafereel in de Baroncellikapel van de Santa Croce in Florence binnen de frescocyclus met scènes uit het leven van Maria.

08 - Geboorte van Maria

We zitten inmiddels op de noordwand van de kapel en Anna is bevallen van een dochter die de naam Maria zal krijgen.
De moeder zit rechtop in bed, en neemt het kind aan dat de vroedvrouw heeft ingebonden.
Het kind is nogmaals aanwezig in het tweede tafereel op de voorgrond: twee kraamvrouwen verzorgen de pasgeborene.
Het exterieur verbindt Giotto met het interieur via een vrouw die in de deuropening een geschenk aanneemt van een vrouw die in het voorportaal staat.

09 - Maria Presentatie

Wanneer Maria drie jaar is, brengen Joachim en Anna haar naar de tempel om haar aan God op te dragen.
Giotto beeldt hier Maria beduidend ouder uit dan de drie jaar die de legendes noemen, mogelijk op grond van de tekst uit de Pseudo-Matteüs:
Ze werd niet als een jonge zuigeling gerekend, maar als het ware een volwassen persoon van dertig jaar oud.
Mogelijk kan Giotto gedacht hebben aan de leeftijd die Maria had, toen de priesters beslisten haar uit te huwelijken (volgend fresco).

10 - De ongetrouwde mannen tonen hun twijg aan de priester

De legendes vertellen dat Maria op 12-jarige / 14-jarige leeftijd de tempel kan verontreinigen en daarom willen de priesters haar uithuwelijken.
Omdat Maria aan God is gewijd, moet haar toekomstige echtgenoot door een wonder aangewezen worden.
De huwelijkskandidaten brengen elk een twijg naar de tempel, en degene uit wiens twijg uit de top een duif zal vliegen (legendevariant: wiens twijg gaat bloeien), zou uitverkoren zijn.
Links staat een aantal jonge vrijgezellen klaar om hun twijg te overhandigen aan de priester die hen opwacht in de tempel.
Jozef staat uiterst links (nederig als laatste van allen) achteraan met aureool; ook hij brengt een twijg aan, maar lijkt met zijn baard als enige weduwnaar te oud om uitverkoren te worden als echtgenoot van Maria.

11 - Gebed van Jozef en de jongemannen in de tempel

De jongemannen en de priester bidden voor het altaar in de tempel opdat uit een van de twijgen een duif weg zou vliegen.
Evenals de vorige scène laat Giotto ook deze zich afspelen voor het rijkelijk versierde altaar in de apsis van de tempel.

12 - Maria aan Jozef toegewezen

Eveneens in de tempel schuift Jozef een ring over de vinger van Maria die als voorbode van haar zwangerschap nu reeds als 'oustanding' vrouw wordt afgebeeld.
Bovenop de staf van Jozef zit de duif die hem tot man van Maria maakte, ongetwijfeld ook een symbool van de heilige Geest die Maria overweldigde.
De scène oogt als een huwelijkssluiting.

13 - Maria en zeven maagden

Deze laatste van de buiten-bijbelse scènes is zeer zeldzaam binnen de christelijke iconografie en moeilijk te interpreteren.
In het Proto-evangelie van Jacobus wordt verteld dat de priesters besloten van zeven stoffen een gordijn voor de tempel van de Heer te laten maken.
Daarvoor werden zeven maagden samen met Maria naar de tempel gebracht en er werd geloot wie het gordijn met welke stof mocht spinnen.
Maria lootte de purperen stof waarmee zij naar huis terugging.
Andere interpretaties denken aan een bruidsgezelschap dat naar huis gaat (hoewel Jozef nergens is te bekennen), of aan Maria die met zeven maagden haar ouders (ook niet afgebeeld) in Nazaret gaat bezoeken.
Hoe het ook zij: Giotto schilderde op de linkerhelft zeven vrouwen in het gevolg van Maria (met aureool).
Op de rechterhelft gaf hij vijf mannen weer van wie er drie op een strijkinstrument of een trompet spelen.
Het lijkt hier te gaan om een vrolijke noot en een verzinsel van Giotto en het wekt inderdaad de indruk van een soort huwelijkssstoet.
Een tak van een struik (?) steekt prominent uit het balkon van het gebouw.
Betekent dit meer dan pure vlakvulling, is het misschien de bloeiende (maar wel erg grote) twijg van Jozef, of is het een teken van Maria's zwangerschap?
Mogelijk heeft de tak te maken met een Toscaanse traditie uit het begin van de 14e eeuw waar de maio een bruiloftssymbool was.
Een groot deel van de bovenste helft van dit fresco is zwaar beschadigd, zodat de enorme trompetten nauwelijks zichtbaar zijn.
Aan de rechterkant werd een houten rooster aangebracht, waardoor een deel van het fresco verloren ging.

14a & 14b - Annunciatie
Lucas 1,26-38

Vanaf de triomfboog voor de apsis volgen de overige fresco's nu de bijbelse verhalen.
In de zesde maand zond God de engel Gabriël naar de stad Nazaret in Galilea naar een meisje dat was uitrgehuwelijkt aan een man die Jozef heette, een afstammeling van David. Het meisje heette Maria.
(Lucas 1,26-27)
Deze scène is afgebeeld op de lunet (01).
Daaronder zien we de aartsengel Gabriël (links op de boog) vervolgens aan Maria (rechts op de boog) de boodschap overbrengen dat zij de zoon van God zal dragen.
2016 Paul Verheijen / Nijmegen