Paul Verheijen

GIROLAMO ROMANINO

De gekruisigde Christus met Maria Magdalena

Kruiswegstatie?

Dit schilderij beoogt met kracht de menselijke en dramatische dimensies terug te geven aan de dood van Christus.
Anatomische gelijkenis of perspectivische geloofwaardigheid is aan Romani niet besteed.
In het midden van het doek plaatst hij een kruis dat amper groot genoeg is om het lichaam van Christus te dragen, in een sterk hellende positie, tegen een hemel vol hevig schitterende lichtschijnselen en woeste wolken die refereren aan de in de evangelies beschreven natuurverschijnselen rond Christus' dood.
Maria Magdalena, met een 'gezet' bovenlichaam zet hij onderaan de rand van de compositie.
Ze wordt afgebeeld in vervormde verkorting, geconcentreerd in de wijd opengesperde ogen en mond.
Het werk vertoont sterke raakpunten met de noordelijke schilderkunst door de scheve opstelling van het kruis en de naar boven gerichte blik van Magdalena.
Het lijkt erop dat Romani wat betreft de weergave van diepe, intiem geestelijke waarden meer geïnteresseerd is in spirituele en expressieve aansluiting bij de Duitse kunst dan in de overname van exacte prototypen.
Het verschil in proportie tussen Magdalena en het kruis suggereert dat de scène — behalve als afbeelding van de dood van Christus — ook kan worden geïnterpreteerd als de weergave van een gelovige aan de voeten van een voorwerp van aanbidding.
Daardoor neemt de emotionele betrokkenheid van de toeschouwer toe.

Wanhoopskreet of kruishymne?

Kunstcritici zien Romani als de schilder met het onstuimige, expressieve temperament, die anders wil zijn dan de grote Italiaanse schilderkunst uit de eerste helft van de zestiende eeuw.
In 1925 wordt in de eerste aan de kunstenaar gewijde monografie melding gemaakt van dit werk.
In de jaren tachtig van de vorige eeuw werd het schilderij gekocht door een zekere Giovanni Testori, een (toneel)schrijver, die het aan het hoofdeinde van zijn bed hing.
Testori wijdde er zelfs een dichtwerk in dialect aan, waarin aan het eind de open mond van Magdalena bij het kruis wordt ingevuld als wanhoopskreet:
Crepa no, Cristu (Ga niet dood, Christus).

De indruk wordt gewekt van een gelovige aanbidding, ergens op een landweggetje, van een zogenaamd landkruis of van een kruiswegstatie.
Zie bijvoorbeeld de foto van een landkruis aan de Zandhorstlaan in Oldenzaal waar de tekst op de voet luidt:
O crux ave spes unica (O kruis, gegroet, enige hoop).
Dit is een regel uit de kruishymne Vexilla Regis Prodeunt van Venantius Fortunatus, 6de-eeuwse bisschop van Poitiers.
Zou het mogelijk zijn dat Romani geen wanhoopskreet heeft uitgebeeld, maar dat Maria Magdalena hier deze kruishymne bidt?
Girolamo Romanino (Romani) (1484/7-1560)
Cristo crocifisso con la Maddalena (1541/3)
Olieverf op doek, 80 x 66 cm
Brescia - Pinacoteca Tosio Martinengo
2016 Paul Verheijen / Nijmegen