Paul Verheijen

CARAVAGGIO

Barmhartigheid in een Napolitaans steegje

Gevlucht en beschermd

Caravaggio's korte leven is een aaneenschakeling van schandalen. Het beeld dat we van hem hebben is van een heethoofd met neiging tot zelfdestructie die in Rome voortdurend in aanvaring met justitie komt. In 1606 vermoordt hij Ranuccio Tomassoni na een ruzie. Bij verstek veroordeeld tot de dood door onthoofding, ontvlucht hij Rome. Hij arriveert in Napels, waar zijn faam bekend is. Onder de bescherming van de familie Carafa-Colonna leeft hij in de steegjes van de Spaanse Wijk. Een van de leden van de congregatie van de Pio Monte della Misericordia, een van de grootste en nog steeds bestaande liefdadigheidsinstellingen van Napels, is Luigi Carafa-Colonna. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Caravaggio van deze congregatie de opdracht krijgt voor hun kerk de zeven werken van barmhartigheid te schilderen en hij bracht de werken tesamen in één tafereel. Het werk hangt er nog steeds.

Caritas Romana in Napels

Caravaggio propte de zeven werken van barmhartigheid in een straattafereel in Napels.
  • Hongerigen spijzen en gevangenen bezoeken
    Geheel rechts zien we een vrouw die een gebaarde man achter tralies haar borst geeft. Een druppel van de melk is in zijn baard blijven hangen. Dit tafereel gaat mogelijk terug op Caritas Romana, een van de ongeveer duizend korte verhalen uit rond het jaar 30 van de Romeinse historicus Valerius Maximus. Pero, zojuist bevallen van een kind, zoogt stiekem haar vader, Cimone, nadat hij gevangen was gezet en veroordeeld tot de hongerdood. Ze wordt ontdekt door een bewaker, maar haar vrijgevigheid maakt indruk op de verantwoordelijke magistraten van Rome die de vader vervolgens vrijlaten en op dezelfde plaats een tempel oprichtten die is gewijd aan de godin Pietas (Facta et dicta memorabilia, boek V, hoofdstuk 4). Deze tempel is vermoedelijk in de achtste eeuw verchristelijkt tot de basiliek van San Nicola in Carcere (Sint-Nicolaas in de kerker).
  • Begraven van de doden
    Achter de melkvoedende vrouw wordt een dode naar binnen gedragen.
  • Naakten kleden
    De naakte man op de voorgrond is een bedelaar die van Sint-Maarten de helft van diens kleed krijgt.
  • Vreemdelingen onderdak bieden
    Naast Sint-Maarten is de apostel Jakobus afgebeeld of een Compostella-pelgrim met Jakobsschelp in zijn hoofddeksel. Hij is in gesprek met een herbergier.
  • Dorstigen laven
    Achter hen staat een man te drinken. Bijzonder is dat deze man drinkt uit een ezelskinnebak die verwijst naar de rechter Simson uit het Eerste Testament. Nadat Simson met dit bot duizend Filistijnen heeft gedood, heeft hij dorst en bidt tot God om water. God splijt een rots waar water uit vloeit waarvan Simson drinkt en zo weer op krachten komt (Rechters 15,15-17). Opmerkelijk is dat in tegenstelling tot de andere personages in het schilderij Simson het werk van barmhartigheid op zichzelf toepast, weliswaar gered door de genade van God.
  • Bezoeken van de zieken
    Caravaggio heeft dit werk van barmhartigheid mogelijk gecombineerd met het kleden van de naakte man door Sint-Maarten. De legende van deze heilige vermeldt dat hij bij een stadspoort van Parijs een melaatse tegemoet trad en hem op het gezicht kuste, tot ontsteltenis van alle aanwezigen. De zieke man was echter terstond genezen.

Mantelmadonna

Het gehele gebeuren staat onder toezicht van Maria met het Kind Jezus, de Moeder van Barmhartigheid, de Madonna della Misericordia. Vergezeld van twee engelen, kijkt ze goedkeurend naar beneden. De vleugels van de engelen vormen een prachtige compositie met haar kleding en maken van Maria een Mantelmadonna, de Madonna met het Pallium. Deze mantel ligt opgelicht in één lijn met de lijkwade van de dode en in het donker in één lijn met de mantel van Sint-Maarten.

Hoe Caravaggio tot de compositie op het altaarstuk kwam, weten we niet precies, maar zeker is dat het werk in vele opzichten vernieuwend is. Nog niet eerder had een schilder namelijk met zoveel gevoel voor drama dit religieuze onderwerp geschilderd. Gewone mensen uit een doodgewone volkswijk stonden model voor een werk dat als altaarstuk moest dienen: hulpbehoevende mensen onder de mantel van Maria. Palliatieve zorg is van alle tijden.

Nissen met afzonderlijke werken


In nissen van de kerk aan weerszijden van Caravaggio's schilderij zijn zes werken van barmhartigheid afzonderlijk uitgebeeld door middel van een exemplarisch voorbeeld:
  • 1 - Bevrijding van Petrus, Battistello Caracciolo (1615)
  • 2 - Graflegging Christus, Luca Giordano (1671)
  • 3 - Petrus wekt Tabitha tot leven, Fabrizio Santafede (1611)
  • 4 - De barmhartige Samaritaan, Giovanni Vincenzo da Forlì (1607–08)
  • 5 - Jezus te gast bij Marta en Maria, Fabrizio Santafede (1612)
  • 6 - Paulinus van Nola koopt gevangene vrij, Giovanni Bernardo Azzolino (1626–30)
Het Roomse Martelaarsboek herdenkt deze Paulinus op 22 juni met deze woorden:
Te Nola, een stad in Campanië, de geboorte van de zalige bischop en belijder Paulinus. Van zeer adellijk en rijk is hij om Christus' wil arm en gering geworden en wat hij nog over had namelijk zichzelf, liet hij in slavernij brengen om de zoon van een weduwe vrij te kopen, die de Vandalen na de verwoesting van Campanië als krijgsgevangene naar Noord-Afrika hadden weggevoerd. Hij was niet alleen om zijn geleerdheid en zijn buitengewone heiligheid beroemd, maar ook om zijn macht tegen de duivelen. De heiligen Ambrosius, Augustinus en paus Gregorius kennen hem in hun geschriften grote lof toe. Zijn lijk werd later naar Benevento en vandaar naar Rome overgebracht, maar is tenslotte op bevel van paus Pius X weer aan Nola teruggeschonken.
Michelangelo Merisi da Caravaggio (1571-1610)
Sette opere di misericordia (1606-07)
Olieverf op doek, 390 x 260 cm
Napels - Pio Monte della Misericordia
2016 Paul Verheijen / Nijmegen