Oude pauselijk paleis
A = Prima camera dei paramenti / Sala vecchia degli Svizzeri
B = Camera del Pappagallo / Sala dei Palafrenieri / Sala dei Chiaroscuri C = Logge I - Stanza dell'Incendio II = Stanza della Segnatura III = Stanza d'Eliodoro IV = Sala di Costantino De door Rafaël en medewerkers beschilderde pauselijke vertrekken bevinden zich op de tweede verdieping van twee vleugels die de Cortile Pappagallo omgeven. Ze maakten deel uit van het oude pauselijke paleis dat nu onderdeel is van de Vaticaanse Musea. De ruimtes werden gebouwd en bewoond door diverse pausen. Rafaël kreeg de opdracht de wanden en het plafond van de vertrekken opnieuw te decoreren van paus Julius II, nadat deze de bestaande fresco's om diverse redenen niet meer wilde zien. De fresco's zijn geschilderd tussen circa 1514 en 1520. Vasari schrijft daarover in zijn Vite: De voor Julius II werkzame Bramante van Urbino, als verre verwant van Rafaël en omdat ze uit dezelfde plaats afkomstig waren, schreef aan Rafaël dat hij de paus, die een aantal nieuwe vertrekken had laten bouwen, ervan had overtuigd dat hij, Rafaël, daarin zou kunnen laten zien wat hij waard was. Dit aanbod beviel Rafaël [...] en hij verhuisde naar Rome. Daar aangekomen ontdekte hij dat grote delen van de paleisvertrekken reeds waren beschilderd of nog beschilderd werden, door verscheidene meesters. De noordelijke vertrekken I, II, III en IV zijn toegankelijk voor publiek. Deze vier vertrekken in het oude pauselijk paleis zijn door Rafaël en zijn medewerkers beschilderd met grote en minder grote fresco's. De kamers (stanze) I, II en III meten 10 bij 8 meter en hebben een kruisgewelf. In elke stanza bevinden de fresco's zich in zogenaamde lunetten (halve maanvormen). Zaal (sala) IV is groter, meet 10 bij 15 meter en is voorzien van een plafond van balken dat in 1585 met een namaak-gewelf is afgedekt. Chronologisch gezien zijn deze vier vertrekken geschilderd in de volgorde II, III, I en IV, waarbij I en IV zijn geschilderd door leerlingen van Rafaël die hiervoor aan hen wel ontwerpen leverde. De oostelijke ruimtes A, B en C zijn niet toegankelijk voor publiek. Het idee om alle wanden van de vertrekken van een complete verdieping door één kunstenaar te laten decoreren was niet nieuw. Alexander VI (paus van 1492-1503) had vijf vertrekken op de eerste verdieping laten versieren door Pinturicchio en zijn medewerkers. Dat was uniek in de geschiedenis van de Italiaanse frescoschilderkunst. Voor het eerst waren deze ontworpen als een harmonische eenheid voor een hele vleugel. |
| 2016 Paul Verheijen / Nijmegen |