Paul Verheijen

VAN EYCK

Madonna met kanunnik Van der Paele

Sacra conversazione

De Madonna draagt een rode mantel.
Het Jezuskind op haar schoot houdt een groene halsbandparkiet vast.

De bejaarde kanunnik Joris van der Paele knielt in zijn witte koorhemd voor haar.
Hij draagt een koorpels om zijn linkerarm en heeft een geopend gebedenboek.
De bril in zijn handen is een teken van rijkdom en eruditie.

Naast hem staat zijn naamheilige uit de vierde eeuw Georgius de Grote, beter bekend als Sint-Joris, die in woord en gebaar zijn beschermeling aan Maria en het Jezuskind voorstelt.
Met zijn linkerhand wijst hij naar de kanunnik en met zijn andere hand licht hij eerbiedig zijn helm op.
Zijn geopende lippen maken duidelijk dat hij tot Maria spreekt.

Aan de overzijde staat Donatianus van Reims, een heilige bisschop, eveneens uit de vierde eeuw, en patroon van zowel het kapittel als de stad Brugge (feestdag 14 oktober).
Sint-Donaas houdt een rad met vijf brandende kaarsen vast in zijn rechterhand.
Dit verwijst naar een wonder uit zijn jeugd: toen hij als kind eens in een rivier werd geworpen, liet paus Dionysius - toevallig in de buurt en voor de gelegenheid weer levend - een rad met vijf brandende kaarsen te water; niet alleen bleven de kaarsen branden, ook de drenkeling werd ermee op het droge gebracht.
In zijn andere hand houdt hij zijn bisschopsstaf met bovenin het kruis dat als reliekhouder dient voor een splinter uit het kruis van Christus.

Zowel Sint-Donaas als Sint-Joris doen overtuigend 'echt' aan en fungeren als tussenpersonen tussen kanunnik Van der Paele en Maria, maar de kanunnik ziet hen niet.
Dergelijke afbeeldingen waarbij heiligen in gesprek zijn met elkaar worden gewoonlijk betiteld als een Sacra Conversazione.

Symboliek

Vrijwel elk detail van het werk heeft een bepaalde symbolische betekenis.
De tronende Madonna en het Jezuskind op haar schoot staan centraal in het schilderij en zijn afgebeeld in een soort van apsis of priesterkoor waar zich in een kerkgebouw normaal gezien ook het hoofdaltaar bevindt.
Zij verzinnebeelden het altaar en de eucharistie die daarop voltrokken wordt.
De reflectie van het rode kleed van Maria in het glimmende harnas van Sint-Joris valt in verband te brengen met een van de teksten op de lijst waarin Maria wordt genoemd SPECULUM SINE MACULA DEI MAIESTATIS, onbevlekte spiegel van de majesteit Gods.

De parkiet (buiten zijn kooi) was een gangbaar symbool voor de vrije ziel van de mens die door Jezus' latere kruisdood verlost zal gaan worden van zijn erfzonde.
Met zijn groene kleur is de vogel bovendien een teken van hoop en van wedergeboorte, van geborgenheid en paradijselijke vreugde.
De parkiet steunt in de schoot van Maria niet met zijn poten maar met zijn opgespannen staartveren.
Van Eyck kiest hier zeker niet voor de makkelijkste manier van afbeelden.

De gebeeldhouwde figuurtjes op de troon van Maria verbeelden passages uit het Eerste Testament.
Links zien we de broedermoord van Kain op Abel, het eerste kwalijke gevolg van de erfzonde, met daaronder Adam.
Simson die de leeuw doodt, is rechts afgebeeld, die de overwinning op het kwaad symboliseert, met Eva daaronder.
Ook de figuren op de kapitelen van de zuilen op de achtergrond tonen typologieën van de christelijke heilsgeschiedenis.

Zelfportret


Jan van Eyck heeft zich hier als zelfbewuste kunstenaar, op een indirecte manier afgebeeld.
Zijn contour wordt weerspiegeld in het glanzende schild dat Sint-Joris op zijn rug draagt.
We zien daarin een schilder met rode muts, rechtopstaand bij zijn ezel.

Epitaaf

Op de lijst van dit schilderij staan ook Latijnse teksten die tot de conclusie hebben geleid dat het werk de functie heeft gekregen van een epitaaf, een grafschrift ter herinnering aan de overleden opdrachtgever.
Vertaald luidt deze tekst:
Magister Joris van der Paele, kanunnik van deze kerk, deed dit werk maken door schilder Johannes van Eyck - en hij stichtte twee kapelanieën deel uitmakend van het koor - 1434. Hij voltooide het echter in 1436.
Joris van der Paele was dus kanunnik van het kapittel dat verbonden was aan de nu verdwenen Sint-Donaaskerk in Brugge.
Hij richtte twee stichtingen (kapelanieën) op waarvan de geldmiddelen gebruikt moesten worden om dagelijks de mis te lezen ter bevordering van zijn zielenheil.
Mogelijk hing het schilderij boven het altaar, waarop de dagelijkse missen voor de overleden kanunnik werden gelezen.
Jan van Eyck (ca 1390-1441)
Maria en kind, met de heilige Domitianus, heilige Georgius de Grote en kanunnik Van der Paele (1436)
Olieverf op paneel, 122 x 158 cm
Brugge - Groeningemuseum
2016 Paul Verheijen / Nijmegen